Sinds mijn eerste 8a in 2005, klim ik ieder jaar achtstegraads boulders. De jaren 2011 en 2018 zijn de enige waarin dat niet in Bleau lukte, maar wel in de VS en Zuid-Afrika. Het jaar 2023 is nog jong, maar met een tweede kind op komst zal het klimmen komende maanden op een lager pitje staan. En als we straks weer in Bleau komen, is het zomers. Begin dit jaar nog een 8 klimmen – en zo 2023 alvast veilig te stellen voor de statistieken – leek me dus een mooi voornemen.
Half januari begin Sanne’s verlof. Ze is dan 36 weken zwanger. Vooraf twijfelden we nog even of we wel zouden gaan. Voor de zekerheid gooien we een maxicosi en wat babykleertjes achterin. Je weet maar nooit. Gelukkig blijkt het allemaal niet nodig. Ze klimt zelfs nog een paar boulders.

Het weer is goed en de eerste twee dagen klim ik meteen twee achten. Op papier, althans. Karim Abdoul Gullish assis is met de nieuwe methode zeker niet meer dan 7c+. Total Freak is iets lastiger, maar erg lief voor 8a. Ik probeer ook nog Prise en Passant. Sessie 4 of 5, inmiddels. Nog steeds vol op de top, nog steeds kansloos.
Adrena Line direct staat al een tijdje op mijn lijst, maar ben er nog nooit geweest. Tot mijn verbazing zie ik dat Tim ‘m heeft geklommen op een relatief slechte dag. Volgens hem zijn de grepen goed genoeg als de condities niet top zijn… Ik denk er anders over als we gaan kijken op een vochtige dag en besluit terug te komen als het écht droog is.

De sprong is niet ver en vanaf de grond lijken de grepen erg goed. Dat verandert als ik begin met pogingen. De afzetgrepen worden slechter zodra je aanzet. En de band waar je heen springt is veel aflopender dan dat ‘ie eruitziet. Dik twee uur lang doe ik pogingen, waarbij ik meerdere keren overweeg op te geven. Maar telkens weer bedenk ik iets kleins, waardoor ik toch doorga. Totdat ik ineens aan de band hang, zonder zwaai. Bijpakken en uitklimmen. Op het zicht had ik ‘m al afgewaardeerd, maar daar moet ik van op terugkomen. Het is de moeilijkste boulder die ik deze week klom.